Hulpbedieningstoegang gebruiken op een iPhone of iPad voor een eenvoudige weergave

3 min leestijd

Hulpbedieningstoegang (Assistive Access) biedt een kenmerkende iOS en iPadOS-ervaring die het voor mensen met een cognitieve beperking gemakkelijker maakt om zelf een iPhone of iPad te bedienen.

Met hulpbedieningstoegang op de iPhone of iPad zijn onderdelen op het scherm groter, worden functies prominenter gepresenteerd en is het gemakkelijker om te navigeren en te begrijpen welke taken er kunnen worden uitgevoerd.

De eenvoud van hulpbedieningstoegang

Apple wil dat de iPhone en iPad door iedereen gebruikt kan worden, ook door personen met een cognitieve beperking. De functie voegt extra bedieningsgemak toe voor essentiële functies.

De speciale weergave biedt een aangepaste gebruikerservaring voor Telefoon en FaceTime, die worden gecombineerd tot één Oproepen-app. Ook de standaard applicaties voor Berichten, Camera, Foto’s en Muziek zijn speciaal voor deze functie vereenvoudigd. De feature heeft een duidelijke en vereenvoudigde interface, met prominente knoppen met een hoog contrast en grote tekstlabels.

De functie bevat tools waarmee zorgverleners de gebruikerservaring kunnen aanpassen aan de wensen van de gebruiker. Voor gebruikers die graag visueel communiceren, bevat Berichten bijvoorbeeld een toetsenbord met alleen emoji. Ook kan er een videobericht worden opgenomen dat naar familie en vrienden kan worden gestuurd.

Raster of lijstweergave

Gebruikers en zorgverleners kunnen voor het beginscherm en apps een visueel raster instellen, of een indeling met rijen waarin de tekst meer opvalt. Zo kunnen de apps snel geraadpleegd worden.

Bij de ontwikkeling van deze feature is gebruikgemaakt van feedback van gebruikers met cognitieve beperkingen en hun zorgverleners. Daarbij werd gefocust op hun favoriete activiteiten, die ook centraal staan bij het gebruik van iPhone en iPad: communiceren met vrienden en familie, foto’s maken en bekijken en luisteren naar muziek.

iPad bedienen met behulp van je iPhone met deze verborgen optie

Het is mogelijk om met behulp van je iPhone andere apparaten, zoals een iPad, te bedienen met deze verborgen optie.

Hulpbedieningstoegang instellen

Open Instellingen op de iPhone of iPad (vanaf iPadOS/iOS 17)
Navigeer naar 'Toegankelijkheid'
Kies voor 'Hulpbedieningstoegang'
Schakel 'Configureer hulpbedieningstoegang'
Volg de stappen op het scherm

Zo kun je bepaalde taken van apps in- of net uitschakelen. Sommige standaard-app van Apple zijn volledig geoptimaliseerd voor deze functie, andere niet. Je kunt alle applicaties toevoegen aan deze weergave, maar dan is het gebruik wel niet geoptimaliseerd.

Na het instellen kun je nog extra opties activeren via Instellingen ▸ Toegankelijkheid ▸ hulpbedieningstoegang. Is de weergave al actief? Druk dan drie keer op de zijknop en kies voor 'Stop hulpbedieningstoegang', vul de code in om de weergave te stoppen.

Assistive Access uitschakelen

Zodra je de optie hebt ingeschakeld, wordt de vereenvoudigde weergave gebruikt. Wil je aanpassingen doen? Dan moet je drie keer drukken op de zijknop van de iPhone of iPad. Je krijgt dan een vereenvoudigd menu te zien waarin je bijvoorbeeld de helderheid kunt aanpassen of de donkere modus.

Daarnaast kun je door drie keer op de zijknop te drukken ook een noodoproep starten of de hulpbedieningstoegang stoppen. Bij iedere wijziging heb je de unieke toegangscode voor hulpbedieningstoegang nodig. Dit kan een andere code zijn dan de toegangscode van het toestel.

Hulpbedieningstoegang volledig deactiveren

Wil je helemaal geen gebruik meer maken van de vereenvoudigde weergave? Druk dan drie keer op de zijknop en kies voor 'Stop hulpbedieningstoegang', vul de code in om de weergave te stoppen. Ga daarna naar Instellingen ▸ Toegankelijkheid ▸ hulpbedieningstoegang en schakel de functie volledig uit via 'Stel hulpbedieningstoegang opnieuw in'.