Net zoals een iPhone heeft de Mac een bedieningspaneel waarmee je snel en eenvoudig systeeminstellingen kunt in- of uitschakelen. Zo kun je onmiddellijk opties aanpassen zoals wifi, bluetooth en AirDrop, maar ook een focus inschakelen, het beeldscherm aanpassen en het volume wijzigen.

Het bedieningspaneel, in het Engels Control Center, is makkelijk en snel te activeren vanuit de menubalk en zorgt ervoor dat je snel met behulp van enkele muisklikken systeemfunctie kunt aanpassen. Bovendien kun je het bedieningspaneel personaliseren en extra regelaars toevoegen of net verwijderen.

Met tags in de Finder op een Mac kun je al lange tijd bestanden en mappen markeren met kleuren, wat het gebruiksgemak verbetert. Deze tags zijn een verbetering van de oude 'Labels' en sinds macOS 26 krijgen de mappen zelfs dezelfde kleur als de tag.

De bedoeling van tags is om mappen, bestanden en documenten te groeperen. Zo kun je bijvoorbeeld alle content van je werk een bepaalde tag geven. Door te sorteren op deze tag zie je in één oogopslag alle gekoppelde bestanden. Dankzij de overeenkomstige mapkleur kun je de verschillende mappen meteen herkennen en personaliseren.